Concurreren met je (oud) werkgever: waar liggen de grenzen?

Inleiding
Alle werknemers in loondienst hebben er vast wel eens aan gedacht: het opstarten van een eigen bedrijf. Waar een arbeidscontract zorgt voor vastigheid en consistentie, zorgt eigen baas zijn voor vrijheid en flexibiliteit. Maar hoe zit dat eigenlijk juridisch? Mag een werknemer tijdens zijn dienstverband een eigen onderneming starten? En hoe zit dat na afloop van het dienstverband? Naar aanleiding van een van onze recente adviezen hebben wij besloten een blogpost aan dit onderwerp te wijden.
Concurrentie tijdens de duur van de arbeidsovereenkomst
Het uitgangspunt is dat het een persoon vrijstaat om nevenwerkzaamheden te verrichten tijdens de duur van de arbeidsovereenkomst. Deze vrijheid kan echter door zowel wettelijke als contractuele bepalingen beperkt worden.
Goed werknemerschap
Allereerst kan er een beperking voortvloeien uit het door de wet genoemde leerstuk van ‘goed werknemerschap’. Het goed werknemerschap bepaalt dat u zich als een goed werknemer dient te gedragen tegenover uw werkgever. Deze norm is breed, maar komt er in de kern op neer dat u zich als werknemer dient te onthouden van gedrag dat mogelijk nadelig is uw werkgever. Zo kan het in strijd komen met het goed werknemerschap als u besluit met uw werkgever te concurreren. ‘’Concurreren’’ dient breed opgevat te worden: dit omvat niet slechts het verrichten van concurrerende werkzaamheden, maar bijvoorbeeld ook het adverteren voor uw eigen bedrijf. Zolang uw arbeidsovereenkomst voortduurt, is het u dus niet toegestaan gelijksoortige activiteiten te ontplooien of daar reclame voor te maken.
Contractueel verbod op nevenwerkzaamheden
Daarnaast bevatten arbeidsovereenkomsten vaak een clausule waarin bepaald is dat het werknemers geheel verboden is nevenwerkzaamheden uit te voeren of dat dit slechts toegestaan is nadat de werknemer schriftelijk toestemming heeft verkregen van zijn werkgever. De ratio achter een dergelijke clausule is dat werkgevers ervoor willen waken dat hun werknemers concurrerende werkzaamheden verrichten of zichzelf uitputten ten behoeve van een ander. Dit zou nadelige gevolgen kunnen hebben voor het bedrijf van de werkgever. Het overtreden van een dergelijke contractuele verplichting kan vergaande gevolgen hebben. Het is namelijk niet ongebruikelijk dat de sanctie op het overtreden van een dergelijk verbod een ontslag op staande voet is.
Concurrentie na beëindiging arbeidsovereenkomst
Indien u van plan bent om concurrerende werkzaamheden te verrichten na het eindigen van uw dienstverband bij uw huidige werkgever, zijn er twee te onderscheiden situaties mogelijk. Allereerst is het mogelijk dat er in uw arbeidsovereenkomst dan wel in de toepasselijke CAO een concurrentiebeding is opgenomen. Daarnaast is het mogelijk dat er geen contractuele beperkingen voor concurrerende werkzaamheden gelden. In dat geval kan concurrentie onder omstandigheden echter toch ontoelaatbaar zijn. Beide opties worden hieronder uiteengezet.
Er is sprake van een concurrentiebeding
Wanneer er in uw arbeidsovereenkomst dan wel de toepasselijke CAO een concurrentiebeding is opgenomen, is deze contractuele bepaling leidend voor de vraag wat wel en niet mag na het eindigen van het dienstverband. De inhoud van een concurrentiebeding verschilt per geval. Het is dus belangrijk om goed naar deze specifieke bepaling te kijken om te beoordelen in welke mate u geen concurrentie met uw voormalig werkgever na het eindigen van het dienstverband mag verrichten. Standaard beperkingen zijn bijvoorbeeld beperkingen in het geografische bereik en beperkingen in de tijdsduur van het beding. Daarnaast kan van belang zijn welke concurrerende werkzaamheden volgens het beding onder het verbod vallen.
Er is geen sprake van een concurrentiebeding
Het uitgangspunt is dat de werknemer na zijn dienstverband zonder een concurrentiebeding gewoon kan concurreren met zijn voormalig werkgever. Uit rechtspraak blijkt echter dat dit onder bijzondere omstandigheden kan worden aangemerkt als ‘onrechtmatige werknemersconcurrentie’, waardoor deze concurrentie toch niet is toegestaan. Hiervan is sprake wanneer aan de volgende voorwaarden is voldaan:
- De werknemer heeft in het kader van de arbeidsovereenkomst geholpen het duurzame bedrijfsdebiet van de voormalig werkgever op te bouwen;
- Dit duurzame bedrijfsdebiet breekt de werknemer stelselmatig en substantieel af;
- Dit doet de werknemer met behulp van hulpmiddelen die de werknemer daartoe vertrouwelijk van zijn voormalige werkgever ter beschikking kreeg.
Deze drie voorwaarden worden samen ingevuld door te zoeken naar bijkomende omstandigheden die tot de conclusie leiden dat sprake is van onrechtmatige werknemersconcurrentie. Er is geen uitputtende lijst van bijkomende omstandigheden die relevant kunnen zijn. Een aantal voorbeelden zijn: het misbruik maken van bij de voormalig werkgever opgedane kennis, ervaring en persoonlijke goodwill; het afhandig maken van klanten of personeel; het doen van onjuiste, ongunstige, schadelijke of denigrerende mededelingen; het verwijzen naar het vroegere dienstverband of het voorbereiden van concurrentie tijdens het dienstverband. Er moet meestal wel sprake zijn van meerdere bijkomende omstandigheden, wil men kunnen concluderen dat sprake is van onrechtmatige werknemersconcurrentie.
Wanneer er geen concurrentiebeding is, moet de vraag of concurrentie met de voormalig werkgever na het einde van het dienstverband is toegestaan dus worden beoordeeld aan de hand van de casuïstiek in het concrete geval.
Conclusie
Al met al zijn er dus heel wat omstandigheden om rekening mee te houden indien u als (oud) werknemer van plan bent om uw eigen bedrijf te starten. Dit begint al wanneer u nog in dienst bent bij uw werkgever. Tijdens uw dienstverband dient u altijd rekening te houden met ‘goed werknemerschap’. Daarnaast moet u mogelijk rekening houden met een contractueel beding dat het verrichten van nevenwerkzaamheden tijdens dienstverband verbiedt dan wel beperkt. Verder dient u na het eindigen van uw dienstverband mogelijk rekening te houden met een concurrentiebeding. Wanneer hiervan geen sprake is, kunt u in beginsel concurreren met uw voormalig werkgever, tenzij de werkzaamheden als onrechtmatige werknemersconcurrentie aan te merken zijn.
Hopelijk geeft deze informatie u wat meer rust in het leuke, maar soms ook omvangrijke en ingewikkelde proces van het starten van een eigen bedrijf. Indien u toch nog twijfelt over uw rechtspositie in uw specifieke geval, schroom dan niet om contact met ons op te nemen.
Dit artikel is geschreven door Tigi Busstra en Laurens de Korte. Tigi en Laurens zijn beide studenten Rechtsgeleerdheid aan de Universiteit van Amsterdam.